Juist of fout? De pacemaker

23 december 2021
Een gezond hart stuurt elektrische impulsen naar de hartspier om bloed te pompen door heel het lichaam. Maar soms scheelt er iets met die elektrische aandrijving. Een pacemaker kan de oplossing zijn. Test je kennis over dit geniale apparaatje dat miljoenen mensen wereldwijd in hun lijf dragen.

Een pacemaker helpt bij een te snel hartritme
FOUT

Een pacemaker krijg je enkel ingeplant bij een te trage hartslag. Als je hart te traag klopt, kun je moe, duizelig of kortademig worden en uiteindelijk flauwvallen. Prof. dr. Rik Willems, hartspecialist in UZ Leuven: “De pacemaker geeft een stroomstoot als je hartritme te traag is. Het toestel is vijf centimeter groot en wordt ingeplant net onder de huid naast je schouder. Het bestaat uit een batterij, een microchip en een draad die naar de hartkamer loopt. De slimme pacemakers van vandaag schatten zelf in hoe actief iemand is op basis van je beweging en ademhaling. De pacemaker volgt je hartritme en valt alleen in als het eigen hart te traag klopt.”

De meeste pacemakers zijn niet levensnoodzakelijk
prof. dr. Rik Willems

En wat dan met mensen met een te snel hartritme? Die krijgen bij levensbedreigende problemen een defibrillator ingeplant, de grote broer van de pacemaker. “Een defibrillator lijkt uiterlijk op een pacemaker, maar is groter en dient meestal voor mensen die al eens een hartstilstand kregen of een groot risico lopen om er een te krijgen. Als snelle ritmestoornissen niet levensbedreigend zijn, behandelen we ze met medicatie of heel lokale verbranding van het hartweefsel.”

De nieuwste pacemakers zitten in het hart zelf
JUIST

De draad die van de batterij via een ader naar het hart loopt, is het zwakke punt van een pacemaker. Door de beweging van het lichaam kan de draad breken of heel uitzonderlijk een infectie veroorzaken. Sinds een vijftal jaren werkt UZ Leuven daarom ook met draadloze pacemakers: toestelletjes zo klein als het topje van de pink, die rechtstreeks in het hart worden ingeplant. “Helaas komen nog niet alle patiënten daarvoor in aanmerking. De toestellen zijn alleen geschikt voor mensen bij wie de voorkamer van het hart niet meer werkt of die maar af en toe een stroomstoot van de pacemaker nodig hebben. Ik verwacht wel dat we in de toekomst enkel nog met draadloze pacemakers zullen werken.”

Je kan niet overlijden met een pacemaker
FOUT

Als een pacemaker stroomstoten geeft aan je hart, wat gebeurt er dan als je stervende bent? Wordt het stervensproces nodeloos gerekt? “Zeker niet, daar is onderzoek naar gedaan. Een pacemaker geeft minuscule stroomstootjes die de hartspiercellen aanvuren. Maar als je hartspiercellen ziek zijn, kun je die niet meer stimuleren. Dus je kan zeker nog overlijden met een pacemaker, het toestel houdt je hart niet kloppend. De meeste pacemakers zijn trouwens niet levensnoodzakelijk. Mensen met een pacemaker kunnen ook zonder leven, maar ze zouden sneller moe zijn of regelmatig flauwvallen.”

Elektromagnetische straling kan je pacemaker verstoren
JUIST

Apparaten met elektromagnetische velden kunnen de werking van een pacemaker verstoren. In het dagelijkse leven geeft dat weinig problemen, al raden cardiologen aan om een afstand te bewaren van bijvoorbeeld een microgolfoven. Een gsm draag je beter niet ter hoogte van je pacemaker. Vooral industriële apparaten of elektrische motoren zijn een aandachtspunt. In het ziekenhuis moet je opletten bij operaties en met sommige scanners, al zijn de nieuwste pacemakers wel MRI-veilig.

De interferentie met elektrische apparaten zal de komende jaren sowieso groter worden, aangezien we in onze samenleving alsmaar meer krachtige batterijen gebruiken. “Denk bijvoorbeeld aan elektrische wagens. Je kan er probleemloos mee rijden, maar je moet wel opletten dat je met een pace­maker niet te dicht bij het oplaadpunt komt, waar de elektrische straling sterk is. De fabrikanten van pacemakers houden hier rekening mee, zodat de toekomstige modellen alsmaar beter bestand zijn tegen externe magnetische velden.”

Een pacemaker blijft zitten voor de rest van je leven
FOUT

Helaas: een pacemaker bevat een batterij. En die moet gemiddeld na 8 tot 12 jaar vervangen worden. Het inbrengen van een pacemaker is een echte operatie, inclusief wonde en herstelperiode, dus zoeken specialisten naar batterijen die langer meegaan. “Het onderzoek focust op oplaadbare systemen met alternatieve energie, waarbij bijvoorbeeld je lichaamswarmte en bewegingen de batterij doorlopend opladen. De gemiddelde leeftijd van patiënten met een pacemaker is 80 jaar, dus vaak heb je maar één pacemaker in je leven nodig. Een pacemaker bij kinderen is zeldzaam, maar als gespecialiseerd hart­centrum voor kinderen ziet UZ Leuven toch 10 tot 15 kinderen per jaar die een pacemaker nodig hebben. Voor hen is het extra belangrijk om een pacemaker zolang mogelijk te laten meegaan.”

In de toekomst zullen pacemakers ook werken met monitoring op afstand: de gegevens in het geheugen van de pacemaker worden dan via de smartphone van de patiënt doorgestuurd naar de arts. Professor Willems: “Het geheugen van pacemakers is de voorbije jaren enorm toegenomen: bij een controle zien we nu exact hoe vaak de pacemaker moet tussenkomen en wanneer er alarmgrenzen overschreden werden.”

(Tekst: Ann Lemaître)

Gerelateerd

Laatste aanpassing: 16 maart 2023