Een Belgische vrouw kreeg twee keer COVID-19. Ze raakte 93 dagen na de eerste besmetting opnieuw besmet. De virusstalen van de patiënte werden in het referentielaboratorium voor het coronavirus (UZ Leuven, KU Leuven) in kaart gebracht
In maart van dit jaar consulteerde een 51-jarige Belgische patiënte haar huisarts met symptomen van koorts, hoest, pijn op de borst, kortademigheid, spierpijn en een plotseling verlies van geur en smaak. Bij een nasofaryngeaal uitstrijkje werd SARS-CoV-2 gedetecteerd via een PCR-test. De patiënte moest gedurende twee weken in verplichte quarantaine en bleef nog drie weken ziek voordat ze weer aan het werk kon gaan. Drie maanden later, in juni, staken dezelfde symptomen de kop op en bleek ook de tweede PCR-test positief voor SARS-CoV-2. De tweede COVID-19-episode was minder zwaar en duurde slechts een week. Uit tests uitgevoerd in juli bleek dat er hoge concentraties van SARS-Cov-2-antilichamen aanwezig waren. Een controletest in augustus gaf een negatief resultaat voor SARS-CoV-2.
Verschillende strengen
In beide gevallen werd de genetische code van de SARS-CoV-2-positieve stalen in kaart gebracht in het Belgische referentielaboratorium voor het coronavirus aan de KU Leuven. De onderzoekers detecteerden elf mutaties in de virusgenomen van de twee stalen. Een moleculaire analyse plaatste de twee virusisolaten onder verschillende strengen van het SARS-CoV-2-virus.
“De genetische verschillen en het tijdsverloop tussen de twee infecties wijzen op een herbesmetting in plaats van een aanhoudende infectie”, zegt professor Piet Maes.
Wetenschappers in Hong Kong maakten onlangs gewag van een patiënt die na 142 dagen een tweede COVID-19-episode ontwikkelde, zij het asymptomatisch. De Belgische patiënte ontwikkelde al na 93 dagen een (tweede) symptomatische episode.
Vaccinatie
“Het feit dat symptomatische herbesmetting al na 93 dagen kan optreden, wijst erop dat mensen die hersteld zijn van een SARS-CoV-2-infectie niet noodzakelijk immuun zijn voor of beschermd zijn tegen herbesmetting met dit coronavirus”, legt professor Marc Van Ranst uit. “De mogelijkheid van herbesmetting kan een indicatie zijn dat patiënten die een SARS-CoV-2-infectie hebben overwonnen toch gevaccineerd moeten worden zodra er een vaccin beschikbaar is.”
Het team van professor Van Ranst werkt momenteel aan een paper waarin hun gegevens worden voorgesteld. De paper zal vóór publicatie geüpload worden op een preprint server en gedeeld worden op deze pagina zodra hij beschikbaar is.