Transurethrale resectie blaasletsel (TURB)

Kijkoperatie waarbij een blaastumor of ander verdacht weefsel in de blaas wordt verwijderd via de plasbuis (urethra). Dit gebeurt met een dunne buis met een camera en een elektrisch lusje dat het weefsel wegschraapt.

Afspraken

Urologie

Voorbereiding

Preoperatief onderzoek

  • U krijgt vooraf een gesprek met de uroloog en anesthesist.
  • Soms zijn een bloedonderzoek en een hartonderzoek (ECG) nodig.
  • Er zal gevraagd worden om een recent urinestaal te laten onderzoeken.

Medicatie

Bepaalde bloedverdunners, die het risico op bloeden tijdens de ingreep vergroten, moeten tijdelijk worden gestopt. Overleg dit met uw uroloog.

U moet nuchter zijn

  • Heldere dranken zoals water, thee of fruitsap zonder pulp mag u drinken tot één uur op voorhand.

  • Andere dranken en voedsel vermijdt u vanaf zes uur op voorhand.

Verloop

Een TURB gebeurt onder volledige of gedeeltelijke (ruggenprik) verdoving. 

  • Vóór de ingreep wordt soms een kleurstof ingebracht om de blaaspoliepen (transitioneel cel carcinomen of TCC-letsels) beter te zien.
  • Deze blaaspoliepen worden via de plasbuis verwijderd. Er zijn 2 mogelijkheden:  
    • Wegbranden (coagulatie met elektrische stroom)
    • Met een elektrisch lusje het verdachte weefsel of tumor voorzichtig verwijderen
Illustratie hoe poliep uit blaas verwijderd wordt via plasbuis
  • In sommige gevallen wordt direct na de ingreep een éénmalige chemospoeling  uitgevoerd. 
  • Na de ingreep wordt een dun slangetje (katheter) geplaatst om de blaas na de ingreep te spoelen en bloedstolsels te voorkomen. Deze wordt na een dag of twee verwijderd.

Nazorg

  • Pijn en ongemak: u kunt wat branderigheid ervaren bij het plassen. Bloed in de urine (hematurie) is een veelvoorkomende complicatie na een blaasresectie en kan enkele dagen aanhouden.
  • Herstel: u mag meestal de dag erna naar huis. Drink veel water om de blaas schoon te spoelen (1,5 – 2 liter water per dag). Het is belangrijk te weten dat het tot ongeveer 6 weken kan duren voor het blaasslijmvlies volledig hersteld is. Dat betekent dat u na de ingreep nog enige tijd plasproblemen (vaak en snel moeten plassen, plassen van bloed) kunt hebben.
  • Plasklachten: Er kan tijdelijk een verhoogde plasdrang of lichte incontinentie optreden.
  • Werk en activiteiten: Vermijd zware inspanningen en tillen in de eerste weken na de ingreep.
  • Nam u bloedverdunners? Uw uroloog bepaalt wanneer u deze weer mag herstarten.

Wanneer neemt u contact op met uw huisarts of uroloog?

  • Koorts boven 38,5 °C wat kan wijzen op infectie.
  • Hevige of langdurig bloedverlies in de urine.
  • Grote bloedstolsels die zich ophopen in de blaas en de urineafvoer blokkeren. Dit kan pijn en problemen met plassen veroorzaken.
  • Niet kunnen plassen of het gevoel niet goed uit te plassen.

Verdere behandeling

  • Het verwijderde weefsel wordt onderzocht door de patholoog. Dit duurt meestal 10 tot 14 dagen.
  • Afhankelijk van de uitslag kan de uroloog een verdere behandeling voorstellen, zoals:
    • Controle cystoscopieën, om nieuwe letsels vroeg op te sporen.
    • BCG(Bacillus Calmette-Guérin) is een verzwakte vorm van tuberculosebacterie. Het wordt via een katheter in de blaas gebracht en versterkt het immuunsysteem, dit om de kans op terugkeer en progressie van de kanker te verminderen.

Diagnose en behandeling: animatie

Deze animaties tonen op vereenvoudigde wijze welke de elementen zijn in de diagnose en behandeling van oppervlakkige blaastumoren.

De blaas - blaastumoren

In dit filmpje zien we wat blaastumoren ('blaaspoliepen') zijn.

Cystoscopie

Voor de diagnose van blaastumoren, zal de dokter een cystoscopie uitvoeren.

TURB

In dit fragment wordt schematisch weergegeven hoe de dokter endoscopisch (via natuurlijke lichaamsopeningen) een blaastumor kan wegnemen.

Instillaties

In dit fragment tonen we hoe actieve stoffen (chemotherapie of vaccins) in de blaas kunnen worden ingebracht ter behandeling van blaastumoren.

Laatste aanpassing: 3 april 2025