De zaalarts en/of clinical support manager houden een oogje in het zeil
De zaalarts en/of clinical support manager (CSM) staan in voor de dagelijkse medische opvolging en coördinatie van de revalidatie. Ze komen dan ook elke dag bij jou op de kamer langs en communiceren dagelijks met de revalidatiearts en de therapeuten van het team. De revalidatiearts zie je voornamelijk tijdens de wekelijkse kamerbezoeken. De zaalarts of CSM kan ook helpen om de nodige documenten en voorschriften in orde te brengen. Met vragen kan je ook altijd bij hen terecht.
De pijnmedicatie zal naargelang jouw pijnniveau door de zaalarts en/of CSM aangepast of afgebouwd worden. De bedoeling is dat je zo weinig mogelijk (liefst geen) pijn hebt.
De verpleegkundige doet de wondzorg in overleg met de chirurg. De zaalarts en/of CSM volgen het genezingsproces van de wonde mee op.
Als reactie op de operatie kan er zwelling ontstaan in de stomp. Het is belangrijk om deze zwelling zo veel mogelijk te voorkomen of zo snel mogelijk te verminderen. Door constante druk geneest de wonde sneller en krijgt de stomp ook een mooie vorm. Dat is nodig om nadien een prothese te kunnen dragen.
Er zijn een aantal hulpmiddelen om deze zwelling te voorkomen. Afhankelijk van het amputatieniveau en jouw lengte, krijg je een Ossur Rigid Dressing (ORD), een elastische stompkous, een tubigrip, een softcast of een windel.
Na een amputatie is het mogelijk dat je een pijnlijk gevoel in de stomp ervaart. Dit kan het gevolg zijn van de postoperatieve wonde, een zwelling op de zenuw of pijn ter hoogte van de weefsels. Soms ervaar je na de amputatie ook gevoelens in je geamputeerde ledemaat. Niet-pijnlijke gevoelens noemen we fantoomgevoelens. Een pijnlijk gevoel in het afwezige ledemaat noemen we fantoompijn. Deze fantoomgevoelens en -pijn kunnen we behandelen met medicatie. De kinesitherapeuten en ergotherapeuten zullen hierop ook werken tijdens de therapie. Daarom is het belangrijk dit op tijd aan te geven aan het team.
Zodra de wonde het toelaat en de stompomvang min of meer stabiel is, start je met het dragen van een liner. Dat is een siliconen kous die perfect rond je stomp past. De liner vermindert de zwelling, helpt de vorming van de stomp en zal later de verbinding vormen tussen je stomp en je prothese. Je krijgt informatie en advies over de zorg voor je stomp, stompkous, liner en prothese.
De ergo- en kinesitherapeuten starten het revalidatieproces
Onmiddellijk na de operatie start je met kinesitherapie en ergotherapie.
Het is belangrijk om zo snel mogelijk uit je bed te komen en te bewegen met je stomp. Samen met de kinesitherapeuten leer je zelfstandig te zijn zonder prothese. Zo oefen je uit je bed te komen, te bewegen met de stomp, te stappen en trappen op en af te gaan met krukken. Je oefent ook op evenwicht, beweeglijkheid, algemene spierversterking en het verbeteren van je conditie.