Immuunmodulerende middelen (IMiDs)

Vragen over uw behandeling?

Neem contact op met de trajectbegeleider van CPLUZ.

Gebruik

Alle IMiDs worden peroraal toegediend en vrijwel steeds in combinatie met corticosteroiden.

Soorten IMiD’s

Er bestaan momenteel 3 soorten IMiD’s bij de behandeling van multipel myeloom.

1. Thalidomide

• Toediening
  • Dagelijks, bij voorkeur 's avonds
  • Capsules, altijd in combinatie met corticosteroïden en/of andere celremmende geneesmiddelen
• Eerste inname In het concologisch dagcentrum of op de consultatie oncologie, daarna verder thuis
• Om de 2 à 4 weken komt u terug naar het oncologisch dagcentrum of consultatie oncologie ter controle

Lees meer over het gebruik en de nevenwerking van thalidomide.

2.  Lenalidomide (Revlimid®)

• Toediening
  • 2x per dag op hetzelfde tijdstip, met 12 uur tussen
  • Capsules, altijd in combinatie met corticosteroïden en/of andere celremmende geneesmiddelen
• Eerste inname In het concologisch dagcentrum of op de consultatie oncologie, daarna verder thuis
• Om de 4 weken komt u terug naar het oncologisch dagcentrum of consultatie oncologie ter controle

Lees meer over het gebruik en de nevenwerking van lenalidomide (Revlimid®)

3. Pomalidomide (Imnovid®)

• Toediening
  • 1 keer per dag op hetzelfde tijdstip
  • Capsules, altijd in combinatie met corticosteroïden
• Eerste inname In het concologisch dagcentrum, daarna verder thuis
• Regelmatig komt u terug naar het oncologisch dagcentrum ter controle

Lees meer over het gebruik en de nevenwerking van pomalidomide (Imnovid®)

Geen chemotherapie, toch mogelijke nevenwerkingen

• IMiDs zijn geen chemotherapie, toch kunt u zoals bij elke medicatie mogelijke ongemakken ervaren.
• Voor de opvolging van uw behandeling raden we u aan dagelijks uw vragen en bijwerkingen te noteren op in een dagboek. 
• De bijwerkingen die beschreven staan op dit dagboek zijn algemeen, dus zowel voor chemotherapie als andere celremmende geneesmiddelen, waaronder uw behandeling.