Indicaties en bijkomende criteria voor protontherapie

Om in aanmerking te komen voor protontherapie moet de aanvraag zowel aan bepaalde indicaties als aan een aantal bijkomende criteria voldoen.

Twijfelt u of een bepaalde indicatie al dan niet in aanmerking komt voor protontherapie - zelfs als deze niet op de lijst van standaardindicaties staat - dan kan u PARTICLE contacteren via protontherapy@uzleuven.be

Type tumor

Chordoma van de schedelbasis, (para)spinaal

Chondrosarcoma van de schedelbasis

“Adult soft tissue” sarcoma, (para)spinaal

Sarcoma van het bekken

Rhabdomyosarcoma

Ewing's sarcoma

Retinoblastoma

 “Low-grade” glioma (o.a. van “ optic pathway”)

Ependymoma

Craniopharyngeoma

 

 Parenchymale tumoren van de pijnappelklier (“not pineoblastoma”)

Esthesioneuroblastoma

 

 Medulloblastoma / primitieve neuroectodermale tumoren (PNET)

 Kiemceltumoren van het centraal zenuwstelsel

 Niet reseceerbaar osteosarcoma

 ATRT (atypical teratoid rhabdoid tumor)

Primaire tumoren van het centraal zenuwstelsel waarbij een bestraling van de craniospinale as noodzakelijk is, met curatief opzet.

Meningioma

 

 

Bijkomende voorwaarden
  • Volgens het MOC verslag is radiotherapie aangewezen  en bovendien is bestraling met protonen de meest aangewezen radiotherapeutische behandeling.
  • Curatief doel (geen palliatieve behandelingen).
  • Indien het geen eerste radiotherapeutische behandeling betreft van de aandoening waarvoor men verwijst, is een omstandige motivatie voor herbestraling in het aanvraagdossier nodig. De herbestraling betreft minstens deels hetzelfde bestralingsgebied en heeft een curatieve intentie.
  • Benigne tumoren van het Centraal Zenuwstelsel die - omwille van hun ligging - op geen andere manier kunnen worden behandeld, zijn als indicatie weerhouden op voorwaarde dat men over een multidisciplinair advies, waaraan minstens een neurochirurg en een radiotherapeut deelnemen, beschikt waarbij protontherapie als de enige mogelijke behandeling wordt aangeduid.
Type tumor

Oculair melanoma, waarbij geen behandeling met brachytherapie mogelijk is

Chordoma van de schedelbasis, paraspinaal of sacraal

Chondrosarcoma/sarcoma van de schedelbasis, paraspinaal of sacraal

Meningioma, waarbij geen andere medische behandelingen mogelijk zijn (chirurgie, chemotherapie, fotonenbestraling…)

Arterio- veneuze malformaties (AVM), intracerebraal, waarbij geen chirurgische behandeling, embolisatie of (stereotactische) fotonenbestraling mogelijk is of waarbij dit eerder zonder succes werd toegepast

Medulloblastoma

Primaire tumoren van het centraal zenuwstelsel waarbij een craniospinale as bestraling noodzakelijk is, met curatief opzet

Bijkomende voorwaarden
  • Volgens het MOC verslag is radiotherapie aangewezen  en bovendien is bestraling met protonen de meest aangewezen radiotherapeutische behandeling. 
  • Voor oculair melanoma  is bovendien het advies vereist van een hierin gespecialiseerd centrum (KULeuven, UCL) waarin wordt bevestigd dat geen behandeling met brachytherapie mogelijk is.
  • Curatief doel (geen palliatieve behandelingen).
  • Indien het geen eerste radiotherapeutische behandeling betreft van de aandoening waarvoor men verwijst, is een omstandige motivatie voor herbestraling in het aanvraagdossier nodig. De herbestraling betreft minstens deels hetzelfde bestralingsgebied en heeft een curatieve intentie.
  • Benigne tumoren van het Centraal Zenuwstelsel die - omwille van hun ligging - op geen andere manier kunnen worden behandeld, zijn als indicatie weerhouden op voorwaarde dat men over een multidisciplinair advies, waaraan minstens een neurochirurg en een radiotherapeut deelnemen, beschikt waarbij protontherapie als de enige mogelijke behandeling wordt aangeduid (AVM, meningioma).
 

Algemene selectiecriteria die voor elke patiënt waarvoor een aanvraagdossier voor hadrontherapie wordt ingediend in overweging zullen worden genomen:

  • voldoende goede algemene toestand (graad 0 of 1 WHO klassificatie, zie verder).
  • geen co-morbiditeit die overleving langer dan 5 jaar onwaarschijnlijk maakt.
  • geen andere factoren aanwezig, zoals lopende medische behandelingen, die het vereiste verblijf in het buitenland te moeilijk of onmogelijk maken.

 

WHO/ECOG PERFORMANCE STATUS* Grade 0: fully active, able to carry on all pre-disease performance without restriction Grade 1: restricted in physically strenuous activity but ambulatory and able to carry out work of a light or sedentary nature, e.g., light house work, office work Grade 2: ambulatory and capable of all self-care but unable to carry out any work activities. Up and about more than 50% of waking hours Grade 3: capable of only limited self-care, confined to bed or chair more than 50% of waking hours Grade 4: completely disabled. Cannot carry on any self-care. Totally confined to bed or chair

** as published in: “Oken, M.M., Creech, R.H., Tormey, D.C., Horton, J., Davis, T.E., McFadden, E.T., Carbone, P.P.: Toxicity And Response Criteria Of The Eastern Cooperative Oncology Group. Am J Clin Oncol 5:649-65

Laatste aanpassing: 23 april 2024