Het grote voordeel van protontherapie ten opzichte van de huidige fotontherapie is dat de gezonde weefsels die in het verloop van de bundel achter de tumor liggen maximaal gespaard kunnen worden. Daardoor is de globale stralingsbelasting bij een behandeling met protonen lager én treden er minder bijwerkingen op.
Protontherapie is zinvol als aan een van de volgende voorwaarden kan worden voldaan:
✔ Lagere stralingsdosis in gezonde weefsels
- De stralingsbelasting in gezonde weefsels vermindert, terwijl de dosis in de tumor constant blijft.
- Mogelijke gevolgen: minder (late) bijwerkingen en een kleiner risico op vorming van een nieuwe kanker (secundaire tumor) op langere termijn.
✔ Hogere stralingsdosis in de tumor
- De stralingsdosis in het tumorgebied kan verhoogd worden, zonder dat de dosis in de omliggende (gezonde) weefsels in dezelfde mate toeneemt.
- Vooral zinvol bij tumoren waarbij de toediening van een hogere stralingsdosis meer kans op genezing biedt, maar waar dit bij klassieke radiotherapie een te groot risico op ernstige bijwerkingen (zoals blindheid) veroorzaakt.