Ballondilatatie van de kransslagader

Voorbereiding

Medicatie

De volgende medicatie mag u tijdelijk niet meer nemen voor de ingreep;

• Marcoumar/sintrom/marevan: stop met innemen 1 week voor de ingreep (tijdelijk overbrugging met subcutane inspuitingen in overleg met cardioloog).
• Pradaxa/xarelto: stop met innemen vanaf één dag voor de ingreep.
• Asaflow/cardio-aspirine/plavix/efient/brillique: mogen verder ingenomen worden.

Hebt u vragen over uw medicatie? Neem dan contact op met uw cardioloog.

Opname

Duur: 2 dagen

• U komt de ochtend van de procedure naar het ziekenhuis.
  • In sommige gevallen wordt u de dag vóór de ingreep al opgenomen.
• Er volgen vooraf enkele standaard onderzoeken: bloedname, elektrocardiogram, en eventueel een radiografie van hart en longen.

Verloop

• Onder lokale verdoving wordt de slagader in de lies of pols aangeprikt.
• Een katheter (flexibel buisje) wordt in de slagader gebracht. Aan het uiteinde van de katheter zit een kleine ballon.
• De cardioloog blaast deze ballon op ter hoogte van de verstopping.
• Door de druk wordt de verstopping tegen de wand van de slagader geduwd.
• Dit duwt de vernauwing open en maakt het vat op die plaats wijder.
• Soms wordt het bloedvat afgesloten met een propje. Als dit niet kan, wordt het bloedvat afgeduwd om de prikplaats te sluiten.

Een ballondilatatie wordt vaak gecombineerd met het plaatsen van een stent, ter hoogte van de vernauwing, om hervernauwing te voorkomen.

Nazorg

• Bedrust direct na de ingreep
  • 3 uur, als de ingreep via de lies en met een propje verliep.
  • 8 uur, als het bloedvat werd afgeduwd.
• Volg verder uw medicatieschema van uw cardioloog.