Galwegkanker

Cholangiocarcinoom, Galblaaskanker
Kwaadaardig gezwel dat ontstaat uit de kleine of grote galwegen of de galblaas.

Afspraken

Digestieve oncologie

Symptomen

De meest voorkomende kenmerken van galwegkanker zijn:

  • Vermoeidheid
  • Verminderde eetlust en gewichtsverlies
  • Buik- of rugpijn
  • Geelzucht, jeuk, bleke stoelgang en donkere urine

Soorten

Galwegkanker of cholangiocarcinoom is een verzamelnaam voor kwaadaardige tumoren die ontstaan in het afvoersysteem dat galvocht van de lever naar de dunne darm brengt.

Er wordt een onderscheid gemaakt tussen verschillende subtypes:

  • Distaal cholangiocarcinoom: ontstaat uit de hoofdstam of hoofdgalweg
  • Perihilair cholangiocarcinoom of Klatskin tumor: ontstaat uit de galweg op de plaats waar deze afsplitst in verschillende takken en de lever binnenkomt
  • Intrahepatisch cholangiocarcinoma: ontstaat uit de kleine galwegtakjes in de lever
  • Galblaaskanker: ontstaat uit de galblaas

Risicofactoren en erfelijkheid

Galwegkanker heeft niet één aanduidbare oorzaak. De reden voor het ontstaan van galwegkanker is complex en ten dele ongekend. Wel werden enkele risicofactoren geïdentificeerd, die de kans op het ontstaan van galwegkanker vergroten:

Bij een kleine minderheid van de personen met galwegkanker is er een context van erfelijke belasting.

Voorkomen

Galwegkankers vormen een eerder zeldzame vorm van kanker, al wordt er de laatste decennia een toename in het aantal gevallen beschreven, vooral van de intrahepatische vorm. Galwegkankers kunnen een verstopping van de galweg veroorzaken waardoor geelzucht ontstaat.

Meer dan de helft van de patiënten met galwegkanker hebben uitzaaiingen van de ziekte in de lever of andere organen op het moment van diagnose. In het geval geen uitzaaiingen worden vastgesteld, wordt een onderscheid gemaakt tussen kankers die door hun grootte en hun ligging al dan niet in aanmerking komen voor een operatie.

Behandeling

De behandeling van galwegkanker hangt sterk af van de uitgebreidheid van de ziekte op moment van diagnose en de algemene gezondheidstoestand van de patiënt. Er is een verschil tussen een behandeling met curatief opzet en een behandeling met niet-curatief opzet. In het eerste geval is het doel om de patiënt te genezen; in het tweede geval dient de therapie om de levensduur te verlengen met zoveel mogelijk behoud van levenskwaliteit.

Indien er geelzucht aanwezig is, zal soms een ERCP nodig zijn met als doel de galweg weer open te maken.

Wanneer de ziekte niet is uitgezaaid en een operatie technisch mogelijk is, wordt het gezwel eerst heelkundig verwijderd. Nadien wordt een nabehandeling met chemotherapie voorgesteld.

Wanneer de ziekte is uitgezaaid of een operatie is onmogelijk door de ligging van het gezwel, wordt een behandeling gestart met medicatie.  Het type medicatie wordt gepersonaliseerd op basis van de specifieke kenmerken van elke ziekte. Deze kenmerken worden opgezocht in de weefselbiopsie met een DNA-onderzoek en andere testen. Mogelijke behandelingen zijn: chemotherapie, immunotherapie of kankertherapie met tabletten.

Onderzoeken en diagnose

Bij (vermoeden van) deze aandoening voeren we een of meerdere onderzoeken uit.

Laatste aanpassing: 22 januari 2024