Liesbreukoperatie

Ingreep waarbij de buikwand wordt verstevigd met weefsel uit de buikwand zelf of met een kunststoffen matje.

Afspraken

Buikwandcentrum
  • Raadplegingen vinden plaats in UZ Leuven of AZ Diest. U kunt zelf kiezen welke locatie uw voorkeur geniet.

  • UZ Leuven campus Gasthuisberg: +32 16 34 48 50 - werkdagen van 8 tot 17 uur

  • AZ Diest campus Statiestraat: +32 13 35 47 61

In deze video kom je te weten wat een liesbreuk is en hoe een liesbreuk wordt behandeld. Referentie: Miserez and Van Hoef. Exploring groin hernias: a visual 3D guide to diagnosis and treatment. J Abdom Wall Surg. 2024 (accepted)

Soorten liesbreukoperaties

Om een liesbreuk te herstellen zijn er verschillende opties. Welke in uw geval de beste is, bespreekt de arts met u. Hier leest u de meest gebruikte opties. Daarmee wordt meer dan 95% van de volwassenen behandeld.

De operaties vallen uiteen in twee groepen: kijkoperaties (niet-invasieve behandeling) en klassieke operaties.

Bij de kijkoperaties is er de gewone kijkoperatie enerzijds en de Kügeloperatie anderzijds.

Bij de klassieke operaties onderscheiden we twee procedures: Lichtenstein-procedure en Stoppa-procedure.

Kijkoperatie of Kügeloperatie

Een kijkoperatie is een niet-invasieve ingreep, wat betekent dat er niet gesneden wordt. Het voordeel van een kijkoperatie is dat u in principe sneller herstelt dan bij een klassieke operatie. Daarom zal de chirurg de voorkeur geven aan deze techniek.

Via kleine gaatjes worden instrumenten ingebracht om van binnenuit de breuk te herstellen.

Via de kleine gaatjes plaatst de chirurg achter de lies- en dijopening (net voor het buikvlies) een netje prothese uit kunststof (ook wel 'mesh' of 'netje' genoemd) zodat de natuurlijke openingen (ter hoogte van de lies en ter hoogte van de dij) afgedekt zijn en het buikvlies niet meer kan uitstulpen.

Er zijn twee varianten bij de kijkoperatie: de gewone kijkoperatie en de Kügeloperatie.

Beide technieken zijn zeer gelijkaardig. Bij de gewone kijkoperatie worden er 3 kleine gaatjes aangebracht, waarlangs beide zijden kunnen worden behandeld. Bij de Kügeloperatie wordt elke zijde via een apart gaatje behandeld.

Welk type kijkoperatie wordt uitgevoerd hangt grotendeels af van de persoonlijke voorkeur en de ervaring van de chirurg. 

Matje

Klassieke operatie

Bij een klassieke operatie wordt de opening of zwakke plek in de buikwand hersteld via een snee. De buikwand wordt hersteld met eigen lichaamsweefsel of door een stukje kunststof.

Lichtenstein-procedure

Bij de Lichtenstein-procedure wordt er gesneden in de liesregio. De chirurg opent de buitenste spierlaag, herstelt het lieskanaal en plaatst ter versteviging een prothese (kunststoffen matje) tussen de spierlagen.

Beperkingen bij deze procedure:

  • In principe wordt alleen de natuurlijke liesopening en niet de dijopening verstevigd.
  • De prothese ligt meer in contact met de lieszenuwen. Het risico op blijvende liespijn na de operatie is groter.

Stoppa-procedure

Bij de Stoppa-procedure wordt er gesneden in het midden van de onderbuik. Van daaruit maakt de chirurg de spieren vrij, en plaatst vervolgens een prothese (kunststoffen matje).
Deze procedure wordt maar zelden toegepast.

Voorbereiding

U moet nuchter zijn

  • Heldere dranken zoals water, thee of fruitsap zonder pulp mag u drinken tot één uur op voorhand.

  • Andere dranken en voedsel vermijdt u vanaf zes uur op voorhand.

  • Baby’s tot 1 jaar mogen flesvoeding of borstvoeding krijgen tot vier uur voor de procedure.

  • Bespreek vooraf met uw arts de medicatie die u neemt.
  • 1 week vóór uw operatie mag u zich niet meer ontharen met een tondeuse, scheermesje of ontharingscrème. 
  • U stopt het best met roken.
  • Was navel, liesstreek en genitaliën grondig om het risico op infecties te voorkomen.

Dag van de ingreep 

Een liesbreukoperatie gebeurt via opname in het dagziekenhuis.

  • Kunstgebit, bril, contactlenzen of sieraden moet u uitdoen. 
  • U krijgt een operatiehemdje aan en een identificatiebandje rond de pols.
  • De te opereren streek wordt geschoren.
  • Vlak voor de ingreep moet u de blaas volledig ledigen. 

Verloop ingreep

Een kijkoperatie gebeurt altijd onder algemene verdoving. Een klassieke operatie gebeurt onder lokale verdoving. 

Duur: 3 uur

  • In de operatiezaal stelt men u enkele vragen over uzelf en de ingreep.
    Die vragen maken deel uit van de zogenoemde safe surgery checklist, die de patiëntveiligheid waarborgt.
  • U wordt gekoppeld aan bewakingsapparatuur die ademhaling en hartfunctie zullen controleren tijdens de operatie: 
    • Klemmetje op een vinger om het zuurstofgehalte in het bloed te bepalen
    • Klevers op de borstkas om uw hartslag te volgen
    • Drukband om de arm om de bloeddruk te meten.
  • U krijgt een infuus (een fijn soepel buisje) in uw arm om slaapmedicatie en pijnstilling en eventuele andere medicatie toe te dienen.

Alles is nu klaar voor de operatie. 

Nazorg

  • Kort na de operatie wordt u uit bed geholpen. Als u niet te misselijk bent, mag u water drinken (drink nooit te veel ineens). Nadien mag u ook iets licht verteerbaars eten. 
  • U krijgt pijnstillers. Volstaan die niet en hebt u dus nog pijn? Zeg het zeker aan de arts of verpleegkundige.
  • Wanneer u naar huis mag beslist de arts samen met u. Deze elementen spelen mee:
    • U moet vlot uit bed kunnen, kunnen drinken en plassen.
    • De pijn moet onder controle zijn.
    • De wondjes van de ingreep en de liesstreek moeten voldoende hersteld zijn.
  • U krijgt het nodige verbandmateriaal en pijnstilling (of de voorschriften hiervoor) mee. Zo nodig wordt ook een attest voor thuisbehandeling of voorschrift voor verzorgingsmateriaal meegegeven.
  • U krijgt instructies om de wonde te ontsmetten.

Terug thuis

Eerste 24 uur

  • U mag de eerste 24 uur geen voertuig besturen, niet met het openbaar vervoer naar huis gaan of alcohol drinken. 
  • Zorg ook voor toezicht de eerste 24 uur. 
  • U mag rustig rondlopen en een lichte maaltijd eten. U mag ook de trap opgaan en in een gewoon bed slapen.
  • U mag een pijnstiller nemen zoals door uw arts werd voorgeschreven. 
  • Uw thuismedicatie mag in principe opnieuw herstart worden. Volg hier het advies van uw arts.
  • U kunt een douche nemen. Een bad neemt u beter niet.

Kunt u niet plassen? Hebt u uitgesproken toenemende pijn in de onderbuik? Kom naar de spoedgevallendienst.
Een enkele keer moet tijdelijk een blaassonde worden geplaatst om de blaas te ontspannen.

Volgende dagen en weken

Pijn

  • De eerste week na de ingreep is het normaal dat u wat hinder ondervindt ter hoogte van de liesstreek en de wonde als u beweegt.
  • Na een kijkoperatie kunt u 1 à 2 dagen uitstralende pijn naar de schouder ondervinden.
  • Bepaalde plotse bewegingen (zoals uit auto stappen) kunnen nog verscheidene weken een occasionele pijnscheut veroorzaken. 

Bloeduitstorting

  • Enkele dagen na de ingreep kan er een bloeduitstorting ontstaan in de liesregio, afdalend naar de geslachtsdelen.
  • De bloeduitstorting leidt tot een zwelling in de zone waar u voorheen de liesbreuk kon voelen. De geslachtsdelen kunnen ook blauw verkleuren.
  • Soms is een zwaartegevoel of ongemak in een teelbal mogelijk.
  • Ondersteunend ondergoed kan helpen om de hinder tegen te gaan.
  • In elk geval zal de hinder geleidelijk verdwijnen na 2 à 4 weken.

Stoelgang

  • Vermijd om te persen als u zich moet ontlasten. Gebruik eventueel een stoelgangsverzachter. 

Wondverzorging

  • De wonde is gesloten met een verband waarmee u onder de douche kunt, maar liefst niet in bad.
    Zolang het verband goed kleeft en droog blijft, mag u het dicht laten.
    Als het verband loskomt, kunt u de wonde ontsmetten (zoals toegelicht voor ontslag) en terug een nieuw doucheverband aanbrengen.
  • Na 7-10 dagen moet u voor een wondcontrole naar uw huisarts.
    • De wondverbandjes kunnen dan definitief verwijderd worden.
    • De hechtingen moeten niet verwijderd worden omdat alle wondjes gehecht worden met een draad die spontaan vergaat.
    • Vanaf nu mag u weer een bad nemen.

Bewegen, sporten, autorijden, werkhervatting

  • De eerste twee weken doet u het best rustig aan. Een beetje beweging (zoals rustig wandelen, boodschappen doen) is goed voor de bloedcirculatie en de spijsvertering.
  • In de eerste twee weken mag u nog geen zware lasten heffen (> 10 kg of emmer water) of sporten (fietsen, zwemmen). Vermijd ook seksuele betrekkingen.
  • Autorijden mag wel vanaf enkele dagen na de ingreep.
  • Na 2 à 3 weken mag u alle fysieke activiteiten (inclusief seksueel contact) geleidelijk weer opbouwen. Ook meer belastende sportactiviteiten zoals voetbal, fitness en tennis mag u langzaamaan hervatten.
  • Werkhervatting is doorgaans mogelijk na 2 à 3 weken. Zo nodig kan de huisarts de periode van werkongeschiktheid aanpassen. 

Controle

  • 3 en 5 weken na de operatie moet u op controle bij uw chirurg in het ziekenhuis.

Wanneer moet u terug een arts contacteren? 

U neemt het best contact op met een arts als u 1 van de volgende situaties vaststelt: 

- Koorts vanaf 38 graden, koude rillingen of klam zweet

- Sterke zwelling of pijn in het scrotum of de liesregio

- Toenemende zwelling van de buik of toenemende pijn

- Aanhoudende misselijkheid of aanhoudend braken

- Aanhoudende hoest of ademhalingsmoeilijkheden

- Doorsijpelen van vocht of bloed uit de wonden

Mogelijke verwikkelingen

Een liesbreukoperatie is een veilige operatie met meestal een vlot, comfortabel en ongecompliceerd herstel. Ernstige complicaties zijn zeldzaam.  

Het risico op complicaties is groter bij mensen met zwaarlijvigheid. Ook roken en diabetes vergroten de kans op wondproblemen gevoelig  

Bloeduitstorting 

Soms ontstaat er een bloeduitstorting met blauwe verkleuring van lies en scrotum. Die is pijnloos en trekt vanzelf weg. Soms is een zwaartegevoel of ongemak in een teelbal mogelijk.
Ondersteunend ondergoed kan helpen om de hinder tegen te gaan.
De hinder verdwijnt na enkele weken. 

Vochtopstapeling (seroom) 

Na herstel van een grote breuk kan er gedurende enkele weken tot maanden een zwelling voelbaar blijven door een vochtopstapeling.
Dit is pijnloos en verdwijnt meestal langzaam vanzelf. 

Problemen bij het plassen 

Mensen die vooraf problemen hadden bij het plassen, bijvoorbeeld door prostaatvergroting, kunnen soms na de ingreep zo moeilijk plassen dat ze daarvoor gedurende één of meer dagen een blaaskatheter nodig hebben. 

Wondinfectie 

De wondjes kunnen rood, pijnlijk of gezwollen worden, wat wijst op een ontsteking of infectie.

Voor de behandeling is soms een antibioticum nodig.

Soms gaan de wondranden open en moet de wonde verder thuis verzorgd worden door een thuisverpleegkundige.

Bacteriën die zich nestelen op een kunststoffen matje, zijn moeilijk te bestrijden. Soms kan het daarom zelfs nodig zijn om het besmette matje terug te verwijderen. Dat is gelukkig slechts zeer zeldzaam het geval. 

Chronische liespijn 

Een op tien patiënten blijft langere tijd pijn voelen in de operatiezone; meestal is de pijn niet storend en verbetert ze in de loop van de volgende maanden en jaren.

Bij een kleine minderheid (ongeveer 3%) blijft de pijn bestaan en is die storend en heeft ze een belangrijke impact op het dagelijks leven.
De behandeling van pijn bij deze groep mensen vraagt de aanpak van meerdere ervaren artsen van verschillende disciplines, waaronder ook de artsen van de pijnkliniek.
Na een kijkoperatie is de kans op ernstige chronische pijn iets lager dan na de Lichtenstein-operatie.

Doe mee aan de FLIPR-studie

U wordt uitgenodigd om deel te nemen aan het FLIPR-liesbreukregister. Zo willen we het risico op chronische pijn beter kunnen inschatten.

Meer informatie over de studie

Nieuwe lies- of dijbreuk

Aan dezelfde kant

Door het gebruik van een kunststoffen matje is een recidief (het terugkomen van de lies- of dijbreuk) aan dezelfde kant van het breukherstel erg zeldzaam.
In ongeveer 3 à 5% treedt er in de tien jaar volgend op de operatie een recidief op. Dat wordt veroorzaakt door krimpen of verschuiven van het matje. 

Aan de andere kant

Als bij de operatie maar 1 kant behandeld wordt, bestaat 10 tot 20% kans om aan de andere kant een liesbreuk te ontwikkelen in de daaropvolgende jaren. 

Andere complicaties

Enkele ernstige complicaties, die gelukkig maar heel zelden voorkomen, zijn: een zware nabloeding in de buikwand waarvoor een heroperatie noodzakelijk is, of een letsel van de darm of van de blaas. 

Verder zijn er zoals bij elke operatie de klassieke risico’s zoals trombose, longontsteking, urineweginfectie en hartproblemen. 

De opsomming van mogelijke complicaties is onvolledig en vermeldt alleen de meest frequente verwikkelingen. 

Laatste aanpassing: 24 september 2024