De nieuwe multicentrische en gerandomiseerde studie onder leiding van prof. dr. Greet Van den Berghe en prof. dr. Jan Gunst (UZ Leuven) geeft ziekenhuizen een bijkomend argument om niet te snel infuusvoeding te geven aan hun patiënten op intensieve zorg. In 2001, 2006 en 2009 publiceerde het onderzoeksteam van professor Van den Berghe al studies die telkens aantoonden hoe belangrijk het is om de bloedsuikerspiegel van patiënten op intensieve zorg stabiel te houden: hun kans op orgaanfalen en het risico om te overlijden op intensieve zorg was opmerkelijk kleiner als het bloedsuikergehalte normaal gehouden werd. Het principe om de bloedsuikerspiegel normaal te houden met nauwkeurige opvolging en een insulinepomp werd daarna in heel wat centra over de hele wereld overgenomen.
Bij UZ Leuven is het sinds 2001 een standaardprocedure om ervoor te zorgen dat kritiek zieke patiënten een stabiel en normaal bloedsuikergehalte hebben. UZ Leuven ontwikkelde ondertussen ook een uitstekend computeralgoritme om het bloedsuikergehalte normaal te houden zonder te lage waarden of grote schommelingen in bloedsuikerspiegel.
Door geen kunstmatige voeding te geven, zien we veel minder hoge pieken in bloedsuikergehalte. Dat is beter voor de overlevingskansen en zorgt voor een sneller herstel van de patiëntprof. dr. Greet Van den Berghe
Minder bloedsuikerschommelingen
Uit een nieuwe studie blijkt nu dat het niet geven van infuusvoeding in de eerste week van de opname op intensieve zorg het gemakkelijker maakt om bloedsuikerschommelingen te voorkomen. Dat infuusvoeding geven in de beginperiode aan kritieke patiënten af te raden is, werd in Leuvense studies al uitvoerig aangetoond in 2011 en 2016. In UZ Leuven en in veel andere ziekenhuizen wacht men tegenwoordig een week voor men infuusvoeding geeft aan patiënten op intensieve zorg.
Prof. dr. Greet Van den Berghe, diensthoofd intensieve geneeskunde in UZ Leuven: “Toch merken we dat er nog altijd ziekenhuizen zijn die wel infuusvoeding geven aan kritiek zieke patiënten tijdens hun eerste week op intensieve zorg. Onze nieuwe studie, uitgevoerd bij maar liefst 9.230 patiënten, geeft een overtuigend bijkomend argument om dat niet langer te doen: de nood aan het opvolgen en bijsturen van hun bloedsuikerspiegel wordt namelijk kleiner als patiënten de eerste week geen infuusvoeding krijgen. Dat is logisch: kunstmatige voeding in je bloedbaan brengt de bloedsuikerspiegel heel erg omhoog, waardoor we die daarna weer naar beneden moeten halen met een insuline-infuus. Als we geen vroege kunstmatige voeding geven, zien we veel minder hoge pieken in het bloedsuikergehalte. Deze nieuwe studie toont nu aan dat het daardoor ook minder nodig is om de bloedsuikerspiegel strikt te normaliseren. Het niet geven van vroege infuusvoeding voorkomt dus heel hoge bloedsuikerpieken, wat beter is voor het herstel en de overlevingskansen van de patiënt.”
De Leuvense specialisten intensieve zorg raden ook andere medicatie af die de bloedsuikerspiegel ernstig kan verstoren, maar bevestigen dat het voor sommige patiënten niet anders kan. “Wie toch insuline moet geven aan kritieke patiënten, moet zorgen voor goed opgeleide artsen en verpleegkundigen die uiterst voorzichtig te werk gaan. Een goed algoritme en een waterdicht protocol zorgt ervoor dat je de bloedsuikerschommelingen goed onder controle kunt houden en de kans op verwikkelingen bij patiënten in levensgevaar minimaal houdt.”
De studie, uitgevoerd in samenwerking met UZ Gent en Jessa Ziekenhuis Hasselt, werd zopas gepubliceerd in de New England Journal Of Medicine.