Als u in de menopauze bent (en was vóór de behandeling), bent u niet vruchtbaar. U hoeft dan geen voorbehoedsmiddelen te gebruiken om een zwangerschap te voorkomen. Bij wisselende seksuele contacten gebruikt u het best een condoom om de kans op een seksueel overdraagbare ziekte te verkleinen.
Als u nog niet in de menopauze was vóór de behandeling, is het belangrijk een zwangerschap te voorkomen en een voorbehoedsmiddel te gebruiken.
Het is mogelijk dat de behandeling (chemo- of antihormoontherapie) ervoor zorgt dat bloedingen onregelmatig worden of weg blijven. Dit wil echter niet zeggen dat u in de menopauze bent. Er kan regelmatig een bloedname gebeuren om de hormoonspiegel te bepalen, maar dit is een momentopname en kan wisselend zijn.
Bespreek een niet-hormonale anticonceptiemethode, bijvoorbeeld condoom of koperspiraal, met uw arts of trajectbegeleider/verpleegkundige.
Bespreek het zeker ook met uw zorgverleners als u nog een kinderwens hebt.
Ook voor mannen is het belangrijk dat er een voorbehoedsmiddel gebruikt wordt. De antihormoontherapie zorgt er niet voor dat u onvruchtbaar bent.