Kwaliteitsprogramma gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek
Het traject van een patiënt die een vasculaire ingreep zal ondergaan, omvat de voorbereiding op de ingreep, de ingreep zelf en het herstelprogramma nadien. Dit wordt optimaal georganiseerd volgens het concept van ‘Beter uit Bed’. Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat de patiënt het best herstelt als hij snel terugkeert naar zijn normale routines. Die normale routines zijn voldoende beweging na een operatie en een spoedige terugkeer naar een normaal voedingspatroon. Zo voorkomt men ook complicaties. Dit druist in tegen de oude gewoonte om patiënten na een ingreep dagenlang in bed te houden.
‘Beter uit Bed’ is een kwaliteitsprogramma dat is opgezet om de fysieke impact na een bepaalde ingreep te verkleinen. Bij het opstellen ervan wordt niet alleen gekeken naar het type ingreep dat de patiënt onderging, maar ook naar de pijnervaring en voeding van de patiënt. Het uiteindelijke doel is een beter herstel na de operatie met een lager risico op verwikkelingen. Ook verkort dit de tijd dat de patiënt in het ziekenhuis aanwezig zal zijn.
“In het ziekenhuis liggen” is niet langer een passieve aangelegenheid. Gedurende de tijd dat de patiënt opgenomen is, heeft hij zelf een belangrijke, actieve rol in het eigen herstel. Zo wordt er verwacht dat de patiënt vrij snel na de operatie start met eten, drinken en bewegen. Het herstel wordt actief gestimuleerd en de algemene conditie ondersteund, mede door goed aangepaste pijnstilling.
Initiatieven
Op de dienst werden een aantal maatregelen genomen om de patiënten te ondersteunen in de belangrijke fase van het herstel vlak na de ingreep. Zo wordt op de hospitalisatie-afdeling gebruik gemaakt van pictogrammen die duidelijk zichtbaar op de muur voor het bed van de patiënt hangen. Deze pictogrammen geven de verwachtingen weer voor die patiënt op dat moment op vlak van mobiliteit en voeding. Patiënten worden gestimuleerd en gemotiveerd om te bewegen en terug te keren naar hun normale voedingspatroon in gecontroleerde omstandigheden. Omdat iedereen zo zicht heeft op de doelen die voor een bepaalde patiënt gesteld zijn, worden alle zorgverleners en de bezoekers van de patiënt actief betrokken in het herstel.
Patiënten moeten zoveel mogelijk bewegen na een ingreep. Om die reden werd op de hospitalisatie-afdeling van vaatheelkunde ook een beweegroute gecreëerd die een gepast bewegingsprogramma aanbiedt. De beweegroute bestaat uit verschillende panelen met oefeningen, die verspreid zijn over de afdeling. Voor de meeste oefeningen is er een lichte en een zwaardere variant. Hoe men de oefening moet uitvoeren, staat op de panelen. De oefeningen kunnen op eigen tempo uitgevoerd worden, alleen of onder toezicht van de kinesitherapeut. Tussen de oefenstations staan stoelen waarop de patiënt even kan uitrusten.
Tot slot is er op de afdeling ook een multifunctionele wachtruimte. Deze ruimte geldt als oefenruimte voor bepaalde oefeningen van de beweegroute, als leesruimte met een aanbod aan kranten en dagbladen en als ruimte om koffie of thee te drinken met bezoek. Door de wachtruimte regelmatig te bezoeken, krijgt men bovendien nog wat extra beweging, wat het herstel bevordert.