Eerste patiënt proton­therapie verwacht half­weg 2019

28 april 2017

Op 28 april vond op de Health Sciences campus Gasthuisberg de officiële voorstelling plaats van de bouwwerken aan ParTICLe, het eerste Belgische centrum voor protontherapie. Protontherapie is een innovatieve vorm van radiotherapie die minder gezond weefsel beschadigt. Het centrum is een samenwerking tussen vijf universitaire ziekenhuizen en hun netwerkziekenhuizen. De eerste Belgische patiënten worden halfweg 2019 verwacht.

Proton centrum

Protontherapie is een innovatieve vorm van radiotherapie die heel gericht kwaadaardige tumoren bestraalt, waardoor minder gezond weefsel wordt beschadigd. De therapie is wereldwijd in opmars voor de behandeling van kanker bij patiënten bij wie precisiebestraling belangrijk is, zoals bij kinderen met kanker, maar ook bij volwassenen met een tumor dicht bij levensnoodzakelijke organen, zoals de hersenen.

Vandaag moeten patiënten die in aanmerking komen voor protontherapie daarvoor naar buitenlandse centra reizen, meestal naar Heidelberg (Duitsland) en Zürich (Zwitserland). De Belgische overheid vergoedt de behandelkosten, maar voor patiënten is de reis een zware belasting.

Halfweg 2019 zullen de eerste patiënten een behandeling in Leuven kunnen krijgen. Geschat wordt dat in België, volgens de huidige standaardindicaties, jaarlijks 150 tot 200 patiënten in aanmerking komen voor protontherapie. Dat aantal kan in de toekomst nog stijgen, als er op basis van klinisch-wetenschappelijke studies nieuwe indicaties voor protontherapie bepaald worden.

Het nieuwe protontherapiecentrum zal uit twee delen bestaan: een ruimte voor klinische behandeling van patiënten en een aparte bunker voor hoogtechnologisch onderzoek.

Voltijds onderzoekscentrum

Het nieuwe protontherapiecentrum zal uit twee delen bestaan: een ruimte voor klinische behandeling van patiënten en een aparte bunker voor hoogtechnologisch onderzoek. Iedere bunker is bovendien uitgerust met een eigen deeltjesversneller of cyclotron.

Dankzij de twee afzonderlijke cyclotrons in aparte ruimtes kunnen onderzoekers in Leuven ook overdag aan wetenschappelijk onderzoek doen.

Daarmee heeft ParTICLe, kort voor Particle Therapy Interuniversity Center Leuven, een streepje voor op andere Europese protoncentra, waar onderzoek ’s avonds en in het weekend moet gebeuren, omdat het bestralingstoestel overdag bezet is voor patiënten. Dankzij de twee afzonderlijke cyclotrons in aparte ruimtes kunnen onderzoekers in Leuven ook overdag aan wetenschappelijk onderzoek doen. Dat onderzoek zal zich in eerste instantie buigen over de verfijning van de protonenstralen en hoe je beeldvorming, zoals een CT-scan, en de protonenbestraling zo goed mogelijk op elkaar kunt afstemmen.

Structurele samenwerking

De samenwerking tussen vijf universitaire ziekenhuizen over de taalgrens heen is nooit eerder gezien in ons land. UZ Leuven, KU Leuven, Cliniques universitaires Saint-Luc en UCL investeren in het nieuwe behandel- en onderzoekscentrum en werken daarvoor samen met UZ Gent, UZ Antwerpen en UZ Brussel. Ook de wisselwerking met andere niet-universitaire ziekenhuizen in Vlaanderen en Wallonië zorgt voor een ruim bereik: dankzij de netwerken rond de vijf universitaire ziekenhuizen kan ParTICLe 80 procent van alle radiotherapiecentra in ons land bereiken. Hoewel de patiënt naar Leuven komt voor de bestraling met protonen, blijft de eigen arts nauw betrokken.

De samenwerking tussen vijf universitaire ziekenhuizen over de taalgrens heen is nooit eerder gezien in ons land. Ook de wisselwerking met andere niet-universitaire ziekenhuizen in Vlaanderen en Wallonië zorgt voor een ruim bereik.

Ook de Vlaamse en Belgische overheid geloven in een goed uitgerust protontherapiecentrum in ons land. Op de officiële voorstelling van het centrum vertelden ministers Maggie De Block, Philippe Muyters en Jo Vandeurzen waarom zij medische innovatie en samenwerking zo belangrijk vinden.

Protoncentrum buitenzicht

Groene terrassen met daktuinen bovenop de bunkers

Architectuur

Het nieuwe centrum krijgt op de Health Sciences campus Gasthuisberg logischerwijze een plaats dicht bij de huidige afdeling radiotherapie-oncologie, de afdeling radiologie, het medical imaging research center en nucleaire geneeskunde. De levering en installatie van de protontherapietoestellen gebeurt door IBA, de marktleider in die technologie. Het gebouw zelf wordt een indrukwekkend architecturaal hoogstandje. Hoewel de bunkers bijna volledig onder de grond liggen, valt er toch natuurlijk daglicht binnen door de patio’s. Bovenop de bunkers komen groene terrassen met daktuinen. Daarnaast moet het gebouw aan uiterst strenge eisen voldoen op het vlak van veiligheid en stralingsbescherming, waardoor de bouw van ParTICLe ook een hoogtechnologische prestatie is.

Hoewel de bunkers bijna volledig onder de grond liggen, valt er toch natuurlijk daglicht binnen door de patio’s.

Kostprijs

De totale kostprijs voor de gebouwen en bestralingstoestellen is 45 miljoen euro. Het Vlaams kabinet voor innovatie investeert 5 miljoen euro in ParTICLe. De federale overheid geeft aan al zeker de middelen die nu gereserveerd zijn om patiënten naar het buitenland te sturen, te gebruiken voor terugbetaling van de behandelingen in ParTICLe. Saint-Luc en UCL nemen 6 miljoen euro voor hun rekening, een bedrag dat grotendeels uit fondsenwerving werd gehaald. UZ Leuven en KU Leuven nemen de overige investeringskosten op zich en onderstrepen daarmee de noodzaak van een protontherapiecentrum in ons land.

Prof. dr. Karin Haustermans, diensthoofd radiotherapie-oncologie UZ Leuven: “Ondanks de enorme technische vooruitgang in bestraling bij kankerpatiënten, zien we nog te veel patiënten die hervallen of blijvende bijwerkingen hebben. Soms liggen gezonde, stralingsgevoelige weefsels te dicht bij de tumor: het is dan bijna niet mogelijk om die te bestralen zonder de levenskwaliteit van de patiënt in gevaar te brengen. Protontherapie zorgt voor meer bescherming van de gezonde weefsels, maar ook voor een lager risico op een nieuwe kanker uitgelokt door de bestraling zelf.”

Prof. dr. Marc Decramer, gedelegeerd bestuurder UZ Leuven: “We zien het als onze taak om een voortrekkersrol te spelen in dit project. In 1928 bouwden we in Leuven het eerste Kankerinstituut met de steun van de Belgische bevolking. Negentig jaar later gaan we nog een stap verder: we investeren over de taalgrenzen heen en in samenwerking met de andere universitaire ziekenhuizen en regionale ziekenhuizen in hoogtechnologische kankertherapie. Dat idee van samenwerking past perfect in de visie van minister De Block om een groot ziekenhuisnetwerk uit te bouwen.”

“Samenwerking is een evolutie die je overal ziet in de klinische en wetenschappelijke wereld. Het delen van financiële inbreng én wetenschappelijke kennis is de beste manier om grenzen te verleggen.”

Gerelateerd

Laatste aanpassing: 16 maart 2023