“Hij stuurde me naar een gespecialiseerd ziekenhuis. Daar bekeken de cardioloog en een chirurg samen het beeld van de echo van mijn hart. De chirurg nam ter plekke zijn telefoon en belde zijn secretariaat: ‘Zeg al mijn afspraken voor vandaag af, ik heb een patiënt voor een dringende ingreep.’ Aan mij zei hij: ‘Bel naar je vrouw en zeg dat je geopereerd moet worden.’”
“Zeven dagen later werd ik wakker met een nieuwe hartklep. Ze hadden me al die tijd in een kunstmatige coma gehouden. Twee uur later en het was te laat geweest, volgens de chirurg. En ik dacht: ik heb de Euromillions gewonnen!”
En nu zijn we tien jaar later.
Michaël: “Het ging een tijdje goed, maar vorig jaar werd ik opnieuw kortademig. Opnieuw hetzelfde rijtje: pneumoloog, cardioloog, radioloog en van het ene ziekenhuis naar het andere. Helaas kreeg ik corona in een ziekenhuis waar een uitbraak. Met alle symptomen: geen geur, geen smaak, heel moeilijk ademen. Mijn vriendin heeft me naar de spoed van campus Gasthuisberg gereden. Binnen de kortste keren lag ik op een covid-19-afdeling. Daar is voor de tweede keer het licht uitgegaan: pas drie weken later werd ik wakker.”
Wat weet je nog van die periode in buiten bewustzijn?
Michaël: “Niets. Ik herinner me alleen levendig de hallucinaties: ik won de lotto, erfde een huis, je kon het zo gek niet verzinnen. Eén keer ben ik even wakker geworden, het moet rond Sinterklaas geweest zijn. Ik herinner me dat mijn vriendin een mandje met chocoladesinten had afgegeven. De rest is een groot zwart gat. Voor mijn ouders was het een trauma: het ziekenhuis heeft vier keer gebeld om te zeggen dat ik ei zo na op sterven lag.”
Ik geniet zelfs van de verveling
“Bij het ontwaken was ik nog een schaduw van mezelf. Ik woog 58 kg, mijn spiermassa was zo goed als weg, ik kon niets meer. Ze hebben toen een hartpomp ingeplant die mijn hartfunctie voor het grootste deel overneemt. Ik mocht één bezoeker kiezen. Omdat mijn vriendin advocaat is en zich moeilijker vrij kon maken, heb ik voor mijn moeder gekozen. Ze is 75. Ik keek telkens uit naar haar bezoek.”
Je bent van ver teruggekomen, Michaël.
Michaël: “Ik heb het gevoel dat ik voor de tweede keer de Euromillions gewonnen heb. Ik overwon een levensbedreigende vorm van COVID-19 en ben ontzettend dankbaar. Dank aan de artsen die mij erdoor hielpen, aan mijn moeder, mijn vriendin. Ik ben dankbaar voor het leven, wie het mij ook gegund heeft. Ik ben niet gelovig Jan, maar ik wil je toch zeggen dat ik bij het einde van de katholieke vasten een askruisje ben gaan halen. Uit dankbaarheid voor iets of iemand die mij de hand boven het hoofd heeft gehouden.”
“Nu ben ik in campus Pellenberg om aan te sterken. Ik geniet van alles, zelfs van de verveling. Ik ervaar ook het begrip tijd heel anders. Misschien mag ik pas bij het begin van de zomer naar huis, we zien wel.”
Hoe zie je dan de toekomst?
Michaël: “Genieten van elke seconde, een Bourgondisch leven leiden, opnieuw starten met het opbouwen van een wijncollectie. Mijn professionele leven is onzeker. Ik ben al 17 jaar technicus in een chemisch bedrijf, maar die machines en toestellen zijn te gevaarlijk voor mijn hart. Het zij zo. Ik heb al die jaren belastingen betaald van hier tot in Tokyo, wat ik overhield heb ik nu uitgegeven aan artsen en ziekenhuizen.”
“De toekomst is voor mij in de eerste plaats reizen. Volgend jaar wil ik met twee Vespa’s, een voor mij en een voor mijn zoon, de Giro d’Italia over doen: van Milaan naar Parma en via Bologna en Sicilië terug langs Napels. Ik ben volop bezig met de voorbereiding.”
Je vriendin is er gelukkig ook nog.
Michaël: “Ja, en dat is niet evident, want ik heb een andere kijk op het leven gekregen. Als ik nu ergens zin in krijg, zal ik dat ook doen. We zullen elkaar opnieuw moeten leren kennen, want we hebben elkaar al vijf maanden niet meer gezien. Ik sta op de Europese transplantatielijst voor een donorhart. Dat zal zeker nog twee jaar duren, maar ik hoop dat ik die jaren dicht bij mijn vriendin kan doorbrengen. Met een nieuw hart zal ik deze pomp niet meer nodig hebben. Dat is een mooi vooruitzicht, toch?”
(Tekst: Jan Van Rompaey)
Graag meer lezen?
Alle verhalen uit Dorp in de stad van de voorbije jaren vind je hier.