Onthaal
Je meldt je samen met je ouders aan bij de balie. Hier mag je even wachten tot de dokter je komt halen.
Team
De radiotherapeut-oncoloog - de dokter die gespecialiseerd is in bestralingsbehandelingen - stelt een aantal vragen. Heb je zelf vragen? Stel ze gerust.
De dokter zal je ook onderzoeken. Daarna krijg je meer uitleg over de behandeling die voor jou het meest geschikt is.
Behalve de radiotherapeut-oncoloog zijn er nog een aantal andere mensen die komen kennismaken.
De sociaal werker geeft extra uitleg over de verschillende stappen van de behandeling en kan je ouders ook helpen bij eventuele praktische problemen.
Via haar maak je ook kennis met Radio-Robbie en de Kanjerketting. Bij een bepaalde behandeling, een bepaald onderzoek of een gebeurtenis krijg je een KanjerKraal voor je ketting.
Zorgcoördinator
De zorgcoördinator maakt je wegwijs in het ziekenhuis. Zij zorgt ervoor dat al je vragen bij de juiste personen terechtkomen.
Kinder-oncoloog
Er is ook een kinder-oncoloog die je onderzoekt en waar je gerust veel vragen aan mag stellen.
Stilliggen
Tijdens de behandeling is het belangrijk dat je goed stil kan blijven liggen.
CT-simulatie
Voor de behandeling kan starten, moeten er beelden gemaakt worden met een CT-simulator. Op een CT-simulator moet je in precies dezelfde houding liggen als op het bestralingstoestel. Dankzij de beelden kunnen de dokters een plan op maat van jouw behandeling maken. Dit proces heet de CT-simulatie of veldaflijning.
Als je naar de bestralingsafdeling komt voor je simulatie, dan wacht je eerst in de wachtzaal van de CT-simulator. De verpleegkundige komt jou daar halen. Als je dat graag hebt, mag ook een van je ouders mee naar binnen.
Samen met de dokter wordt gekeken hoe je het best op de simulator ligt. Het is belangrijk dat je tijdens het nemen van de beelden - en later ook tijdens de behandeling - goed stil kan blijven liggen.
Er zijn extra kussens om het je wat comfortabeler te maken.
Voor je nek wordt er soms een speciaal kussentje gebruikt. Het kussen kan wat vreemd ruiken.
Wanneer je op je hoofd of de hals bestraald moet worden, krijg je ook een masker. Het maken ervan duurt ongeveer 30 minuten.
Het masker voelt warm aan. Terwijl het afkoelt, neemt het de vorm aan van je gezicht of lichaam.
Het is belangrijk dat je bij elke bestraling telkens op precies dezelfde manier op de tafel ligt. Daarom zetten de verpleegkundigen met stift markeerlijnen of puntjes op je masker.
Moet je geen masker dragen? Dan worden er met speciale inkt kleine tatoeagepuntjes op je huid gezet. Deze puntjes verdwijnen na ongeveer 1 jaar.
Contrastvloeistof
Soms moet er voor het nemen van de beelden ook een contrastvloeistof toegediend worden. Zo laat het toestel nog beter zien wat er binnenin je lichaam gebeurt. Deze vloeistof wordt via je infuus of katheter toegediend.
Tijd voor de simulatie. Terwijl je goed stil blijft liggen, worden er beelden gemaakt en schuif je door het toestel.
De verpleegkundigen bedienen het toestel vanuit de ruimte ernaast.
Als alles goed verlopen is, mag je naar huis. Je krijgt je afspraken voor de bestralingen mee.
Terwijl jij thuis bent, bekijkt het team de beelden van de simulatie en wordt er berslist hoe de bestraling precies zal gebeuren. Na twee tot drie weken krijg je hierover nieuws.
Pimp je masker
Wil je je masker wat pimpen? Als je dat graag wilt, kunnen we er een mooie tekening opzetten.
Bestraling
De eerste keer dat je voor de bestraling komt, meld je je aan aan het secretariaat. Daar leggen ze je uit naar welke wachtzaal je mag gaan.
In de wachtzaal mag je samen met je ouders wachten totdat de verpleegkundige je komt halen voor je bestraling.
De verpleegkundige neemt je mee naar de behandelruimte, je ouders blijven intussen wachten in de wachtzaal. Je komt de behandelruimte binnen via een lange gang. Hier kan je een leuke tekening aanduiden die tijdens de behandeling op de muur verschijnt. Je kan ook muziek kiezen of een verhaaltje.
Je wordt in dezelfde houding als tijdens de simulatie op de tafel geïnstalleerd.
Als je een masker hebt, wordt dat ook weer opgezet.
Eerst neemt de verpleegkundige enkele beelden om er zeker van te zijn dat je in de juiste houding ligt.
Als alles klaar is voor de start van de behandeling, gaat de verpleegkundige naar buiten. Vanuit de bedieningsruimte kan ze je op elk moment horen en zien.
Tijdens de bestraling draait het toestel rond en beweegt soms ook de tafel.
Van de bestraling zelf voel je niets.
Je bent ongeveer een uur in de behandelruimte. Als de bestraling gedaan is, brengen we je terug naar je ouders in de wachtzaal. Daarna kan je weer naar huis.